Korps Commandotroepen landt in Brabantse achtertuinen

REGIO - Leden van het Korps Commandotroepen (KCT) kunnen deze dagen zomaar in de Brabantse achtertuinen vallen. Ze zijn onder meer bezig aan hun voortgezette vrijevalopleiding, waarbij ploegen van zes tot acht man met volle uitrusting en behulp van GPS-navigatie op onbekende droppingzones leren landen. Dat is uitzonderlijk, want normaal volgen de militairen deze training in het buitenland.

De leden van het keurkorps springen uit de Short SC.7 Skyvan met soms 70 kilo aan bepakking, bij nacht, van extreme hoogte en met zuurstofmasker op. Onder operationele omstandigheden moeten ze na de landing achter de vijandelijke linies meteen door met hun geheime operatie.
Extreem hoog

Transportmiddel
Voor de leden van het KCT is de sprong 'gewoon' een transportmiddel. Wie goed genoeg is, kan na de voortgezette vrijevalopleiding door naar de High Altitude High Opening (HAHO) en High Altitude Low Opening (HALO)- opleiding. Alleen het Korps Commandotroepen maakt deze sprongen met zuurstof. Ook deze zogeheten, zeer specialistische, 'zuurstofploeg' traint deze week boven Brabant. Bij een HAHO/HALO gaat het om een zeer hoge sprong (10 kilometer) waarna de militairen door de lucht afstanden van wel 40 tot 60 kilometer afleggen. Waarbij infiltratie met een HAHO-sprong voor het grootste verrassingseffect zorgt.

Niet rouwig
"Vanwege het drukke luchtruim in Nederland mag niet zo hoog gesprongen worden", legt commandant vrijeval-instructiegroep adjudant Edmond uit. Toch ervaren de mannen de zuurstofdrills en de mentale component net zo goed op 4 kilometer. Door omstandigheden volgen de commando’s de bijbehorende praktijktraining nu in eigen land. Erg rouwig is de adjudant daar niet om. "Hier ligt de moeilijkheidsgraad vele malen hoger dan in de Verenigde Staten of Frankrijk, waar de gebieden uitgestrekt zijn. De para’s krijgen nu te maken met hoofdzakelijk verstedelijkt gebied, grote boscomplexen en waterrijke gebieden. Feitelijk betekent dat landen op een 'postzegel'. Dus er is een ontzettend steile leercurve. Gelukkig boffen we ontzettend met het weer, want dat is voor ons namelijk de grootste spelbreker." (Foto Ministerie van Defensie)